Menu
BNP Paribas Fortis Economie
21.05.2024

India heeft hervormingen en jobcreatie nodig om zijn demografisch dividend te verzilveren

De Indiase beroepsbevolking stijgt jaarlijks met 0,9%, tot 902 miljoen mensen tegen 2050. Dat is een enorme en unieke kans voor het land met ongeveer 1,5 miljard inwoners. Chief Economist Koen De Leus van BNP Paribas Fortis maakte een studiereis naar India. Hij ziet enorme kansen voor de Indiase economie, maar ook grote uitdagingen, zoals de klimaatverandering en de staatsschuld. Zal de nieuwe Indiase regering erin slagen om die uitdagingen tot een goed einde te brengen?

De oppervlakte van India is 1,2 keer die van de eurozone, 77% van die van de Europese Unie en 1/3 van de Verenigde Staten. Maar de bevolking in India is 4 keer zo groot als die van de VS en meer dan 3 keer zo groot als die van de EU. En in tegenstelling tot de meeste geïndustrialiseerde landen neemt de bevolking er nog steeds toe.

De beroepsbevolking (20-64 jaar) zal met 0,9% per jaar groeien en in 2050 zijn piek van 902 miljoen mensen bereiken. Momenteel werkt 42% van de Indiase bevolking in de landbouw (tegenover 22% in China en 2% in de VS). Maar veel Indiërs willen de landbouw verlaten. Volgens het IMF zal India tegen 2050 tussen de 145 en 330 miljoen banen moeten creëren.

Van 19 april tot 1 juni 2024 vinden algemene verkiezingen plaats in India. De resultaten zullen worden bekendgemaakt op 4 juni 2024.

Jobcreatie is cruciaal
Tot nu toe was de dienstensector (bijvoorbeeld IT-consultancy en de backoffice van bedrijven en instellingen) de groeimotor van India. Dat betekende voor een klein aantal geschoolde mensen een grote sprong voorwaarts. Om iedereen te laten profiteren van de voordelen van economische groei, moeten er industriële banen worden gecreëerd. Om industriële bedrijven aan te trekken, leverde het land enorme inspanningen, zoals de productiegebonden incentiveregeling. Die geeft subsidies aan bedrijven die in India komen produceren.

Die industriële banen mogen evenwel niet te ingewikkeld zijn, want het basisonderwijs in India is niet optimaal. Een studie van de Indiase ngo Pratham toont bijvoorbeeld aan dat slechts ongeveer 40% van de Indiase studenten op het platteland van 10-11 jaar oud kan lezen op het niveau van 7-8-jarigen. Vandaar dat bedrijven zelf veel personeel opleiden. De sectoren die subsidies krijgen, zoals chemie, telecom, computers, elektrische voertuigen, batterijen enz. zijn echter zeer kapitaalintensief. Daarom moedigt de Indiase overheid die gespecialiseerde sectoren, die nochtans heel weinig banen creëren, financieel aan. Maar wat India echt nodig heeft, zijn eenvoudige, arbeidsintensieve sectoren voor mensen met een basisopleiding, zoals onder meer de textiel-, leer- en meubelindustrie.

Er worden grote infrastructuurwerken uitgevoerd om de logistiek in dit enorme land te verbeteren met de aanleg van wegen, luchthavens en havens. Dat blijkt uit de besteding van bijna 20% van de nationale begroting aan kapitaalinvesteringen, het hoogste percentage in tien jaar.

Een andere grote verbetering was de invoering van een uniforme en digitale belasting op goederen en diensten, een belasting over de toegevoegde waarde die acht centrale en negen staatsbelastingen verving. India loopt voorop in de digitalisering. Dat zou moeten leiden tot grote efficiëntiewinsten. Jonge Indiërs zijn goed op weg om snel een digitale samenleving te vormen. Dat komt deels door de invoering van het digitale paspoort ‘Aadhaar ID’. En door 'India Stack', een verzameling digitale infrastructuren en platformen die aan burgers particuliere en overheidsdiensten verlenen.

De nieuwe regering zal hervormingen moeten doorvoeren
Nadat de Indiase centrale regering wetten heeft goedgekeurd, moeten de 28 staten en de 8 unieterritoria ze nog invoeren. Dat maakt ze sterk, maar verhoogt de complexiteit van het land.

  • Er zijn arbeidshervormingen goedgekeurd en de arbeidswetten zijn vereenvoudigd, maar ze moeten nog in de verschillende staten worden ingevoerd. Dat fabrieken niet kunnen functioneren zoals ze dat (met bijvoorbeeld een 12 uursdienst, nachtwerk enz.) doen in China, maakt het moeilijk om grote internationale bedrijven aan te trekken.

     

  • Er zijn landhervormingen nodig zodat bedrijven, of de overheid, veel gemakkelijker grond kunnen verwerven om uit te breiden of infrastructuur te bouwen. Door ingewikkelde verkoopprocedures en gebrekkige kadastergegevens kan de aankoop van grond jaren aanslepen.

     

  • De landbouwhervormingen om over te stappen naar een meer marktgebaseerde aanpak in plaats van n met tussenpersonen die de markt monopoliseren, zijn mislukt. In een hoofdzakelijk op landbouw gerichte samenleving is de overgang naar het industriële pad een zeer traag proces.

Koen De Leus, Chief Economist bij BNP Paribas Fortis: "Wanneer bedrijven in India investeren, moeten ze er rekening mee houden dat de regels van staat tot staat kunnen verschillen. Wil India industriële bedrijven aantrekken, dan moet het werk maken van vereenvoudiging. Die bedrijven zullen daar voor een lange periode moeten blijven, bereid zijn om zich aan te passen aan de Indiase gewoontes en cultuur, en samenwerken met de Indiërs."

Bedreigingen voor de Indiase economie
Ondanks de opportuniteiten heeft India ook veel kwetsbaarheden. De opvallendste dreiging is de klimaattransitie. India is een van de kwetsbaarste landen ter wereld voor de klimaatverandering. De energiebehoeften zijn de komende decennia gigantisch, gedreven door een sterke economische groei en een grote bevolking. En fossiele brandstoffen blijven een belangrijk onderdeel van de energiemix. Het land moet worden geholpen om zijn doelstelling van netto nul tegen 2070 te bereiken. De financiële kosten van het beperken van de klimaatverandering zijn ook aanzienlijk hoger dan in ontwikkelde landen. In percentage van het bbp gaat het om een verschil van 50%.

India is niet in staat om de klimaattransitie zelf te financieren. Westerse overheden moeten niet alleen een deel van de Indiase transitie financieren, maar er moet ook een mechanisme worden opgezet om de gemiddelde financieringskosten afkomstig van particuliere bronnen te verlagen.

Vandaag wordt India al geconfronteerd met financiële en macro-economische risico's. Door het enorme belang van voedsel in de goederenkorf van de consumptieprijsindex is het evenwicht tussen overheidsinterventie en de vrije markt precair.

Het tekort op de lopende rekening van India is negatief. Bovendien is het land zeer kwetsbaar voor olieschokken, want het importeert 87% van zijn olie. Dat stelt India bloot aan externe geopolitieke en prijsschokken. Het begrotingstekort is hoog met 7,5%, maar onder controle. Met 81% is de schuldgraad ten opzichte van het bbp een van de hoogste van alle groeilanden. De externe financiering is echter zeer beperkt, wat India beschermt tegen externe schokken. En door de formalisering van de economie stijgen de inkomsten, zij het geleidelijk.

Koen De Leus besluit: "India moet industrie aantrekken om goedbetaalde fabrieksbanen te creëren. Maar eerst moet het de kwaliteit van het basisonderwijs verbeteren. Met zijn hoge groeicijfers was het land de voorbije decennia het boegbeeld voor de ontwikkelingslanden, hoewel het de industrialisatiefase heeft overgeslagen. Om die hoge groeipercentages te handhaven, moet het een stap terugzetten en die industrialisering uiteindelijk omarmen. Daarvoor zullen hervormingen een cruciale prioriteit zijn voor de volgende regering."


NOOT: De opinies in deze tekst zijn die van de Chief Economist van BNP Paribas Fortis, en geven niet noodzakelijk het standpunt van BNP Paribas Fortis weer.

BNP Paribas Fortis (www.bnpparibasfortis.com) biedt in België een totaalpakket van financiële diensten aan particulieren, zelfstandigen, beoefenaars van vrije beroepen, ondernemingen en publieke instellingen. Op het gebied van verzekeringen werkt BNP Paribas Fortis nauw samen, als verbonden agent, met AG Insurance, leader op de Belgische markt. De bank verstrekt internationaal ook maatoplossingen aan vermogende particulieren, grote ondernemingen en publieke en financiële organisaties. Daarbij maakt zij gebruik van de knowhow en het wereldwijde netwerk van BNP Paribas.

BNP Paribas (www.bnpparibas.com) is de grootste bank van de Europese Unie en een belangrijke internationale bancaire speler. De bank is actief in 65 landen en telt bijna 185.000 medewerkers, van wie meer dan 145.000 in Europa. De groep bekleedt sleutelposities in haar drie kernactiviteiten: Commercial, Personal Banking & Services voor alle commerciële banken van de groep en verschillende gespecialiseerde metiers, zoals BNP Paribas Personal Finance en Arval; Investment & Protection Services voor spaar-, beleggings- en verzekeringsoplossingen; en Corporate & Institutional Banking, dat zich op bedrijfsklanten en institutionele klanten toelegt. Op basis van haar solide, gediversifieerde en geïntegreerde model helpt de groep al haar klanten (particulieren, verenigingen, ondernemers, kmo’s, grote bedrijven en institutionele klanten) hun projecten te realiseren met financierings-, beleggings-, spaar- en verzekeringsoplossingen. BNP Paribas heeft vier thuismarkten in Europa (België, Frankrijk, Italië en Luxemburg) en ontplooit zijn geïntegreerde commercialbankingmodel ook in het Middellandse Zeegebied, Turkije en Oost-Europa. Als vooraanstaande internationale bancaire speler beschikt de groep over toonaangevende platformen en metiers in Europa, een sterke aanwezigheid in Noord- en Zuid-Amerika en solide en snelgroeiende activiteiten in Azië-Pacific. BNP Paribas hanteert in al zijn activiteiten een maatschappelijk verantwoorde en milieubewuste aanpak. Zo kan het meebouwen aan een duurzame toekomst en tegelijkertijd goede resultaten en de stabiliteit van de groep verzekeren.

Press Team

Linked Files

Tools